Observatie en meeloopdagen

Methode

Ontdek het probleem met je eigen ogen en kijk wat er gebeurt in de praktijk. Wat doen mensen concreet en tegen welke drempels lopen ze aan?

Persoon observeert aan onthaal

Tijdsduur

1 tot 2 uur

Benodigdheden

Notitieblok, observatieformulier, opnameapparatuur (met toestemming)

Deelnemers

Doelgroep, eerstelijnsmedewerkers, projectteam

Waarom observaties en meeloopdagen

Wat mensen vertellen is niet altijd hetzelfde als wat ze in de praktijk doen, voor heel veel verschillende redenen.

Daarom kan het nuttig zijn om met je eigen ogen in de praktijk te gaan kijken wat er gebeurt en welk gedrag gebruikers stellen. Zo ontdek je soms verborgen behoeften, waar mensen zelf misschien niet van bewust zijn.

Hoe beter je de locatie, situatie en emotionele context van een probleem begrijpt, hoe groter de kans dat je een relevante oplossing kan ontwerpen.

Voorbereiding

  1. Omschrijf de onderzoeksvraag waar je een antwoord op wil vinden (op basis van je veronderstellingen kaart). Wat wil je juist te weten komen? Welke assumpties wil je graag weerleggen, bevestigen of bijsturen?
  2. Kies een situatie en focus. Je hebt maar 2 ogen, je kan dus niet alles zien in 1 oogopslag. Kies een concrete situatie en focus die je wil observeren. Bijvoorbeeld: ‘Hoe gedragen mensen zich voor ze hulp vragen aan een digihelper?’ of ‘Hoe dient iemand zijn boeken in bij de zelfscan in de bibliotheek?’
  3. Stel een observatieformulier op zodat je vlot alles kan noteren wat je ziet.
    1. Acties: welke specifieke actie voert de persoon uit? V.b. aanmelden aan het loket, een aanvraag invullen, …
    2. Omgeving: in welke context gebeurt dit?
      • Tijd en locatie V.b. vlak voor sluitingstijd, aan het onthaal, online, …
      • Omgevingsfactoren V.b. druk vs rustig, hittegolf, …
    3. Interacties: wat zie je?
      • Specifieke gedragingen V.b. iemand aanspreken, klikken op een webpagina, …
      • Emoties en lichaamstaal V.b. geagiteerde handbewegingen, hangende schouders, lachende gezichtsuitdrukking, …
    4. Objecten: welke voorwerpen worden er gebruikt? V.b. een tablet om aan te melden, een papieren formulier, …
    5. Gebruiker: wie wordt er geobserveerd en wat is hun rol? V.b. onthaalmedewerker, bezoeker, begeleider, …
  4. Contacteer de dienst die je wil observeren en licht het doel van het onderzoek toe.

Uitvoeren

Blijf tijdens de observatie(s) zo veel mogelijk op de achtergrond. Kijk toe en neem notities op een manier die niet storend is voor de gebruikers, je collega’s en de dienstverlening.

Je kan in je notities gaan turven (b.v. elke keer als iemand weggaat zonder geholpen te worden), maar zorg dat je zeker ook voldoende context noteert in je formulier. Welke lichaamstaal zie je? Wat is het concrete gedrag en welke interacties vinden er plaats?

Vraag uitdrukkelijke toestemming als je geluid en/of video opnames maakt.

Idealiter volg je een observatie of meeloopdag op met enkele interviews (spontaan en kort; of in de diepte als je tijd hebt), zodat je nog kan doorvragen op wat je opviel en de “waarom” erachter.

Verwerken en toepassen

Verzamel alle notities en analyseer ze. Ga op zoek naar patronen, trends en inzichten. Je kan de technieken uit Samenvatten gebruiken om je verder op weg te zetten, zoals b.v. de onderzoeksmuur.

Zorg ervoor dat de verzamelde gegevens op een veilige en vertrouwelijke manier worden bewaard en behandeld. Respecteer de privacy van de geïnterviewden en gebruik de informatie alleen voor het beoogde doel.

Lees verder

Alle onderzoeksmethoden

  • Semi-gestructureerd diepte interview

    Semi-gestructureerd diepte interview

    Luister grondig naar de ervaringen en verwachtingen van echte mensen uit je doelgroep.

  • Een spontaan interview

    Een spontaan interview

    Verken snel wat mensen denken over een probleem aan de hand van spontane interviews, bijvoorbeeld op straat of aan het loket. Gebruik deze zeer korte gesprekken om richting te geven aan diepgaander onderzoek.

  • Focusgroep

    Focusgroep

    Ontdek de noden en wensen van meerdere deelnemers tegelijk in een focusgroep. Pak samen een duidelijk afgebakend vraagstuk aan en verzamel in korte tijd verschillende inzichten.

  • Gebruikerstest

    Gebruikerstest

    Leg (een deel van) je oplossing voor aan gebruikers of stakeholders en verzamel gedetailleerde feedback over de wenselijkheid en bruikbaarheid ervan.

  • Enquête

    Enquête

    Verzamel inzichten in aantallen en frequentie aan de hand van een kwantitatieve vragenlijst.

  • Observatie en meeloopdagen

    Observatie en meeloopdagen

    Ontdek het probleem met je eigen ogen en kijk wat er gebeurt in de praktijk. Wat doen mensen concreet en tegen welke drempels lopen ze aan?

De 6 fasen van mensgericht ontwerpen

  • Voorbereiden

    Voorbereiden

    Neem de tijd om te weten wat je nog niet weet. Daag jezelf uit om je assumpties in kaart te brengen en al bij de aanpak na te denken over het échte probleem.

  • Onderzoeken

    Onderzoeken

    Stel jezelf helemaal open voor nieuwe inzichten en vind verschillende manieren om de noden van je eindklant te ontdekken.

  • Samenvatten

    Samenvatten

    Eens je weet op welke noden je eindklant heeft helpen we je om te weten op welk doel je nu best je pijlen richt.

  • Ontwerpen

    Ontwerpen

    Hok samen met anderen en laat je creativiteit vloeien. Door te denken met je handen kom je meteen tot rijke ideeën.

  • Experimenteren

    Experimenteren

    Test je oplossing uit voor je hem lanceert. Zo leer je hoe je je oplossing nog kan bijsturen, en weet je zeker dat je de juiste oplossing bouwt.

  • Overtuigen

    Overtuigen

    Je hebt een probleem en een mogelijke oplossing, maar je botst op muren om het gelanceerd te krijgen? Hier vind je enkele handvaten om je idee over te brengen.